Maak met de gegeven woorden een goede Duitse zin (denk aan de gegeven tijd van het ww). Geen punt aan het einde van de zin tikken, die staat er al.
Klik aan het einde op KONTROLLIERE!

1. die Darmen - Bakterien - leben - viel - in / ww. in o.t.t.
.

2. der Supermarkt - ich - kaufen - der Apfel - haben - in - faul / ww. in v.t.t.
.

3. Das Kind - der Arzt - freundlich - klein - erzählen - alles / ww. in o.v.t.
.

4. müssen - zwischen - die Toilette - er - auf - die Gänge - beid / ww. in o.v.t.
.

5. haben - hinlegen - das Hemd - schmutzig - du - wo / ww in v.t.t.
?

6. haben - viel - die Schulter - mit - er - link - Probleme / ww. in o.v.t.
.